Aantrekkelijke akkerranden voor bijen en bewoners

Landschapsverzorger Teun Jan Roeterdink zaait inmiddels al ruim vier jaar bloemrijke akkerranden in Hof van Twente. Daardoor komt hij wekelijks over de vloer bij ruim 80 adressen. Hij ziet de natuur veranderen en hoort hoe mensen in de buurt naar de steeds veranderende natuur kijken. 

Extra voedselbron

De akkerranden zijn niet alleen aantrekkelijk voor hazen, konijnen en reeën. Ook koolmezen, steenuilen en fazanten zijn er te vinden. Op een winterdag, als de maïs al is geoogst, creëren de akkerranden bovendien een extra voedselbron voor dieren. “Ik had niet verwacht zoveel verschillende insecten en andere dieren in de akkerranden terug te zien”, vertelt Teun Jan. “Als dier ga je naar meer locaties, kies je de locatie met het meeste eten en ga je hier vestigen”. Of de dieren hier puur vanwege de akkerranden komen, is lastig te zeggen. Toch heeft dit waarschijnlijk wel invloed: “Want ook bij dieren gaat de liefde door de maag”. 

Kiemplezier

Teun Jan zaaide van april tot half mei ruim 55 tot 60 kilometer. Dit is vergelijkbaar met voorgaande jaren: “Door deze akkerranden aan te leggen doen we alvast ervaringen op voor de toekomst”. Ondanks dat Teun Jan dit al vier jaar doet blijft het moeilijk inschatten wanneer het beste inzaaimoment is, want de tempraturen veranderen. In een warme bodem met vocht gedijen de bloemzaadjes het beste. Waar (wilde) bloemenzaadjes kiemen bij bodemtemperaturen tussen de 10°C en 15°C, groeit gras al bij 8°C: “Alleen bij de juiste temperatuur gaat een zaadje groeien en heeft het plezier.” 

Kleurrijk en voedingsrijk

Namens Hooltwark zaait Teun Jan twee mengsels. Het kleurrijke Twentse bontmengsel met onder andere de klaproos, korenbloem en margriet. Speciaal voor de bijen en insecten. En het voedingsrijke wildmengsel, hoofdzakelijk met graan. Waar wilde dieren uit eten als het rijp is. Waar het bontmengsel meestal bloeit tot ongeveer oktober, blijft het wildmengsel langer in bloei vanwege zijn winterhardheid. Ook de manier waarop de mengsels worden gezaaid is van belang: “Zo zaaien we de stroken wildmengsel bewust niet richting de weg, want een ree duikt het mengsel in en vlucht de weg op. In overleg met de jagers of het faunabeheer leggen we de stroken op de juiste manier aan.”

De natuur verandert mee 

Het valt Teun Jan op dat ondanks de drukte dieren de juiste plekken nog goed weten te vinden: “Ik zag onlangs verschillende vogels op een verlaten motorcrossterrein. Schijnbaar hebben deze vogels liever het hele jaar grotendeels rust en soms hard geknap van motoren, dan continu de onrust van bijvoorbeeld loslopende honden. Dit is eigenlijk vergelijkbaar met hoe wij mensen kiezen. We wonen op het platteland, waar overwegend rust en ruimte is, en soms een dorpsfeestje met meer lawaai.” 

Geen verkeerd gastgezin

Verrassend vindt Teun Jan de diverse groep mensen die hij tijdens het aanleggen van de akkerranden spreekt: “Je drinkt de ene keer groene thee uit eigen tuin bij iemand die partij van de dieren stemt en hoort de andere keer het geschiedenisverhaal van een varkensboer. Inclusief alle oude boerenwijsheden. Wist je bijvoorbeeld dat zwaluwen gek zijn op muggen?” De overeenkomst is dat al deze verschillend uitziende mensen grond beschikbaar stellen voor de natuur: “Een boer zaait niet alleen een akkerrand voor zichzelf, maar ook voor de toerist of inwoner die langsfietst.” Meer mensen doen mee dan Teun Jan vooraf dacht: “Ik was onlangs in gesprek met een man die een groot grasveld had. Hij leek het vooral voor eigen gebruik te beheren. Nu zaai ik hier akkerranden en doet ook zijn buurman mee.” De vergoeding die agrariërs vanuit de gemeente krijgen neemt hierin een drempel weg. Bovendien koesteren veel inwoners in Hof van Twente de groene omgeving. Net als de steenuil die op de boerderij van Teun Jan steeds terugkeert: “Schijnbaar heeft hij zijn leefbare, voedselrijke plek gevonden. En zijn wij geen verkeerd gastgezin.”